Altijd last van je darmen? Dit kan je ertegen doen

Je bent heus niet de enige. 1 op de 5 Nederlanders heeft last van prikkelbare darmen. En dan hoor je ook nog vaak dat er niks aan te doen is. Dat is zeker niet het geval. Prikkelbaar darmsyndroom is een breed veld waaronder eigenlijk alle ondefinieerbare darmklachten vallen. Door gericht op zoek te gaan naar de oorzaak, kan je je echt beter gaan voelen.

Op zoek naar de oorzaak 
Je darmen zijn je tweede brein en de oude Grieken zeiden al dat alle ziekten in de darmen beginnen. Als je aanhoudende darmklachten hebt, is er iets niet goed in je lichaam. Van de huisarts krijg je vaak, hoe goed bedoeld ook, extra vezels als je diarree hebt en als je niet naar het toilet kunt is het advies om laxeermiddel te gebruiken. 

Maar daarmee pak je de oorzaak niet aan. Dat is ook niet eenvoudig. Zoals gezegd zijn je darmen je tweede brein. Het is goed mogelijk dat je klachten deels een mentale oorzaak hebben. En het vervelende is dat je mentale gesteldheid door de darmklachten er niet beter op wordt. Je kunt er depressief van worden. Maar het kan net zo goed een lichamelijke oorzaak hebben. Van een verkeerd eetpatroon tot een parasiet die in je darmen zit. 

Hoe vind je de oorzaak? 
Dat is zoals gezegd geen simpele klus. Chronische ontstekingen in de darmen zie je niet. Wat dat betreft kan je beter een ontstoken vinger hebben. Deze wordt rood, zwelt op, en doet pijn. Dat laatste doen je darmen ook, maar je kan niet zien hoe je darmen eruit zien. Je hebt alleen je stoelgang, en zolang daar geen bloed of slijm tussen zit, gaan de alarmbellen bij veel artsen niet af. 

Door uitgebreid onderzoek te laten doen, kan je de oorzaak van de darmklachten vinden. Met bloedonderzoek kunnen auto-immuunziekten worden uitgesloten. Coeliakie is daar een voorbeeld van, net als de ziekte van Crohn. Dit laatste wordt tijdens ontlastingsonderzoek uitgezocht. In bloed en ontlasting is veel te zien. Op basis van de uitslagen kan je verder werken aan je herstel. 

Een andere manier om je darmklachten onder controle te krijgen is met het FODMAP-dieet. Tijdens dit dieet laat je allerlei voeding waar je darmen van in de war kunnen raken uit je dieet. Voorbeelden zijn gluten, lactose en fructose. Na een periode van 4 tot 6 weken ga je één voor één het weggelaten voedsel toevoegen. Waar je darmen slecht op reageren, kan je beter niet meer eten. 

Hoe nu verder? 
Na alle onderzoeken kan je met behulp van gezonde voeding, voldoende beweging en eventueel supplementen je darmflora weer zo gezond mogelijk krijgen. Als je weet welke voeding niet goed voor je is, ben je al een heel eind. 

Stress speelt een belangrijke rol, net als je mentale gesteldheid. Als het goed is, ga je je vanzelf beter voelen als je darmen gezond zijn. Het kan een lange weg zijn, maar wel een die het waard is.